Gokken of wachten op het schot?

Nieuws

By Prostar Goalkeeping-0 Comment

De laatste tijd hebben we vooral jonge keepers getraind, en werden herinnerd aan iets wat ik we al lang bij hen hebben opgemerkt: ze houden ervan om te raden waar schoten heen gaan. Zoals de titel al zegt, anticiperen is een vaardigheid, en er is absoluut een moment om te gokken waar de aanvaller gaat schieten. Maar als je een jonge keeper bent die de basis nog moet leren om in een goede positie te komen en dan te reageren op het schot dat je ziet.

Anticiperen is een vaardigheid – maar gebruik het verstandig

Gevorderde, ervaren keepers gebruiken anticipatie – een aspect van ‘het spel lezen’ – in een aantal situaties, van het opvangen van doorloopballen, het aanpassen van hun uitgangspositie voor een voorzet of het meest voor de hand liggend, voor strafschoppen. Maar waar we hier mee te maken hebben is het stoppen van schoten.

Waarom zou je ooit raden of anticiperen op waar een aanvaller gaat schieten? Over het algemeen wil je dit alleen doen in een situatie waarin je waarschijnlijk geen redding kunt maken, tenzij je een voorsprong op de aanvaller hebt door goed te anticiperen op het schot. Dit betekent meestal schoten van dichtbij, waarbij de aanvaller tijd en ruimte heeft om een hoek uit te zoeken, en jij geen tijd hebt om hem in te sluiten. Dit gebeurt vaak bij spelhervattingen, als de bal niet goed wordt weggewerkt en bij een aanvaller vlak voor het doel valt. Je kunt je zeker opstellen en proberen te reageren als je tegenstander van de zes meter uithaalt. Een goede keeper zal niet alleen anticiperen op waar het schot heen gaat, maar ook de aanvaller beïnvloeden om te schieten waar hij of zij dat wilt dat de tegenstander schiet. 

Dit is waar verbetering plaatsvindt

Ik word er een beetje gek van als keepers niet achter zichzelf staan om reddingen te maken en gaan gokken voor schoten van dichtbij, terwijl ze een meer dan een eerlijke kans hebben om de redding te maken. Ik denk niet dat dit het moment is om te gokken en voor mij is het een teken van angst en onzekerheid. Zelfverzekerde keepers gaan in een goede positie staan en reageren op het schot dat ze zien. Natuurlijk, sommige van deze schoten gaan erin. We zouden geen sport hebben als er nooit doelpunten vielen. Maar het is belangrijk om te begrijpen wanneer het goed is om te anticiperen (de kansen zijn tegen je), en wanneer je op jezelf en je reflexen moet vertrouwen om het schot te zien en erop te reageren (de kansen zijn gelijk).

Jonge keepers gokken tijdens de training omdat ze nog niet begrepen hebben dat het doel van de training is om hun algemene vaardigheden te verbeteren en in plaats daarvan proberen ze elk individueel schot dat ze zien te redden met alle mogelijke middelen. Dat is geen slecht instinct, maar het ontneemt hen de kans om de eenvoudige, maar uiterst belangrijke vaardigheid te verbeteren om in een goede positie te komen en dan op de juiste manier te reageren op het schot dat ze zien.

Uitgaande van een goede uitgangspositie vereist het reageren op een schot een goede balans en voetenwerk, in combinatie met de juiste techniek. Het moet snel gebeuren, je hebt minder dan een seconde om te reageren op een matig geraakt schot van vijftien meter. Net als bij elke andere vaardigheid geldt: hoe vaker je dit doet, hoe beter je er in wordt. Dus als er een schietactiviteit wordt georganiseerd met jonge keepers, doen we er alles aan om ze aan te moedigen niet te veel te gokken en erop te vertrouwen dat zelfs als ze verslagen worden ze de juiste beslissing hebben genomen met te vertrouwen op hun reactiesnelheid en dat ze hierdoor deze alleen maar kunnen verbeteren en in de toekomst deze schoten wel zullen kunnen stoppen. Juist gegokt en een redding gemaakt in een schietoefening? Geweldig, maar je jaagt in de training niet op resultaten, je volgt een leerproces en liever een doelpunt tegen op training met de juiste keuze dan omgekeerd! 

Maar als er tijd is voor anticipatie, moet dat dan niet ook getraind worden? Zeker, en je kunt er oefeningen voor maken, maar ik denk dat het het beste is om het te trainen in spelsituaties tijdens een teamtraining in plaats van op een specifieke keeperstraining. Het is moeilijk om zulke situaties realistisch na te bootsen, tenzij je verdedigers en aanvallers hebt die meedoen met de keeperstraining. De sleutel is, nogmaals, ervoor te zorgen dat de jonge keepers begrijpen wanneer hij/zij moet blijven staan en reageren, en wanneer het misschien het beste is om te anticiperen.

Conclusie

Ik heb gezegd hoe de vaardige keeper soms de kansen kan keren door de aanvaller te beïnvloeden om naar een specifieke plek te schieten. De uitdrukking die ik hiervoor heb is, “Laat het ze zien, en haal het dan weg.” Je kunt een aanvaller opzettelijk iets van je doellijn afhouden, waardoor je een kant van het doel belicht en dan duik je die kant op net als de aanvaller schiet. Dat is een erg simplistische beschrijving en er komen veel subtiliteiten bij kijken (ironisch genoeg is het minder effectief tegen spelers van een lager niveau, die nooit hun hoofd omhoog houden om naar de keeper te kijken). Maar het idee is om de aanvaller iets te geven om op te schieten en dan een voorsprong te nemen op het schot en te bewegen voordat de bal wordt geraakt. Het risico is dat je het mis hebt, maar daarom is het het beste om er alleen gebruik van te maken in omstandigheden waar de kansen al tegen je zijn. In alle andere gevallen is de zekerste manier om problemen op te lossen, soepel in een goede uitgangspositie te komen en dan te reageren op het schot dat je ziet. Hoe meer je dit tijdens de training doet, hoe beter en sneller je het tijdens de wedstrijden zult uitvoeren.

Leave a Comment